
Trauma ontstaat wanneer een persoon een intense, schokkende of overweldigende gebeurtenis meemaakt die hun gevoel van veiligheid bedreigt. Dit kan variëren van natuurrampen en ernstige ongevallen tot fysiek of seksueel geweld en militaire gevechtsituaties. Dergelijke ervaringen raken diepgewortelde overtuigingen over controle en voorspelbaarheid en kunnen leiden tot langdurige psychologische en fysiologische reacties.
Posttraumatische stressstoornis (PTSS) is een ernstige aandoening die zich ontwikkelt wanneer de stressreactie na een trauma niet afneemt, maar juist persistent blijft. Personen met PTSS kunnen last krijgen van herbeleving, waarbij zij gedwongen flashbacks, heftige nachtmerries of onvrijwillige, levendige herinneringen aan de traumatische gebeurtenis ervaren. Deze herhaaldelijke mentale beelden gaan gepaard met intense angst, verhoogde hartslag en zelfs fysieke pijnreacties.
Naast herbelevingen vertonen mensen met PTSS vaak vermijding: zij mijden gedachten, plaatsen of situaties die herinneringen oproepen aan het trauma. Emotionele vervlakking, waarbij men zich afgestompt en losgekoppeld voelt, komt vaak voor. Daarnaast kan er sprake zijn van hyperarousal: prikkelbaarheid, woede-uitbarstingen, slaapproblemen en geconcentreerde waakzaamheid voor mogelijke gevaren.
PTSS beïnvloedt het dagelijkse leven ingrijpend. Werkprestaties kunnen dalen door concentratieproblemen, relaties kunnen onder druk komen te staan door emotionele afstand of woede-uitbarstingen, en sociale activiteiten worden vaak vermeden uit angst voor triggers. Velen ontwikkelen bijkomende psychische klachten zoals depressie, angststoornissen of middelenmisbruik als copingmechanisme.
Diagnose van PTSS vereist een grondige klinische beoordeling door een psychiater of psycholoog. Er wordt gekeken naar de aard, duur en intensiteit van symptomen na de traumatische gebeurtenis. In de DSM-5-criteria moet men minimaal één maand last hebben van herbelevingen, vermijding, negatieve cognities en hyperarousal voor een formele diagnose.
Behandeling van trauma en PTSS is meestal multidisciplinair. Psychotherapieën zoals traumagerichte cognitieve gedragstherapie (CGT), eye movement desensitization and reprocessing (EMDR) en exposure-therapie behoren tot de meest evidence-based methoden. Deze technieken helpen bij het herstructureren van negatieve gedachten, het verminderen van angstreacties en het verwerken van traumatische herinneringen.
Medicatie kan ondersteunend werken. Antidepressiva zoals SSRI’s verminderen herbelevingen en stemmingsklachten, terwijl prazosine kan helpen tegen nachtmerries. Medicatie-aanpassingen worden zorgvuldig begeleid om bijwerkingen te minimaliseren en effectiviteit te maximaliseren.
Daarnaast is psycho-educatie essentieel: leren over de werking van brein en stressreacties biedt cliënten inzicht in hun symptomen en bevordert therapietrouw. Ondersteunende groepssessies en lotgenotencontact bieden erkenning en normaliseren de ervaringen, waardoor eenzaamheid vermindert.
Zelfzorg en stabilisatietechnieken spelen een sleutelrol bij herstel. Technieken zoals ademhalings- en ontspanningsoefeningen, mindfulness en lichaamsgerichte oefeningen (bijvoorbeeld yoga) helpen stresshormonen te reguleren en vergroten het gevoel van controle.
Een holistische benadering, met aandacht voor voeding, slaap, lichaamsbeweging en sociale verbinding, ondersteunt het genezingsproces. Met de juiste behandeling, ondersteuning en tijd kunnen veel mensen met PTSS symptomatisch verbeteren, veerkracht ontwikkelen en hun leven hervatten met hernieuwd perspectief en zelfvertrouwen.